Een week later tik ik mijn droom op de mail. Een boek. Over stiefmoederen. Omdat ik er zelf eentje ben, alweer bijna 8 jaar. En om andere stiefmoeders een vrolijk duwtje in de rug te geven. Want hoewel stiefmoederen soms net moederen is, brengt het toch weer andere vragen en kwartjes met zich mee. Daar ben ik wel achter. Niet erg. Wel interessant.
Als stief - van twee liever dan lief en blonder dan blond meisjes - was ik er gewoon maar aan begonnen. Met de Beatles op zak - All You Need is Love toch zeker - gezond verstand en heel veel humor. Lang leve mijn Amsterdamse roots. Ik had er niet veel over gelezen, want ik vond de boeken meestal te persoonlijk of te zwaar. Waar was dat positieve geluid? Van de sprookjes moesten we het al niet hebben. En de cijfers voorspelden ook niet veel goeds. Ruim 60 procent van de samengestelde gezinnen zou het niet redden. Maar - knock on wood - ik heb een ander verhaal te vertellen...
En daar stond ik voor de 2e keer in de Snorfabriek. Met een koude neus maar warme koffie en een goed gesprek over hoe of wat. Met een stapel boeken naast me op de bijrijdersstoel reed ik ruim een uur later weer terug naar Amsterdam. Met een nieuwe afspraak in het vooruitzicht. Mijn droom flapperde ongeduldig tegen de voorruit. Aan de slag!